Boonstra, Wiebren
- Institutionen för stad och land, Sveriges lantbruksuniversitet
Kan het platteland het best worden gebruikt voor agrarische productie, natuurontwikkeling, toeristische ontspanning, economische bedrijvigheid, of retentie tegen wateroverlast? Hoe het platteland in Nederland dient te worden gebruikt is een oud vraagstuk dat zich steeds minder makkelijk laat oplossen, vanwege een diversificatie van waarden en belangen ten aanzien van plattelandsinrichting. Het hanteren van conflicten die voortkomen uit deze tegenstellingen, is een structureel motief van het Nederlandse plattelandsbeleid. De metafoor van de polder, waarin consensus onmisbaar is in de strijd tegen water, wordt nationaal en internationaal gebruikt als voorbeeldinstitutie, in staat om tegenstellingen te overbruggen. Deze voorstelling gaat echter voorbij aan de turbulente maatschappelijke ontwikkelingen op het Nederlandse platteland in de tweede helft van de vorige eeuw en de neerslag daarvan op het institutionele vermogen van plattelandsbeleid. In dit artikel wordt dit institutionele vermogen besproken met behulp van een historische casestudie van plattelandsbeleid, en geanalyseerd vanuit een sociologische en een filosofische invalshoek
Spil : kritisch tweemaandelijks tijdschrift over landbouw en platteland
2007, nummer: 2, sidor: 11-14
Utgivare: Ruurlo: Manifest
Landskapsarkitektur
Ekonomi och näringsliv
Samhällsvetenskap
https://res.slu.se/id/publ/14723